Mule CoAP Server Connector - 1.0

Deze versie is geschikt voor in Mule 3.8 en Mule 3.9 applicaties.

Releases

Release Datum Omschrijving
1.0.0 2018-07-22 eerste release, gebruikt Californium 1.0.6
1.0.1 2019-04-01 bugfixes, gebruikt Californium 1.0.7

Handleidingen

Installatie in Anypoint Studio

Update Site

De eenvoudigste manier om de connector te installeren is via de Update Site. Configureer onderstaande url in Anypoint Studio 6 door in het menu te klikken op Help > Install New Software... > Add... . Na toevoegen van de site kan deze in de dialoog worden geselecteerd en geïnstalleerd worden (zie ook To Install From the Studio Help Menu ). Na installatie en herstart van Studio verschijnen de CoAP ikonen in het lijstje connectoren van het Mule Palette. Op de gebruikelijke wijze kunnen deze naar de Mule Flows worden gesleept.

Update site url:

http://www.teslanet.nl/mule-coap-connector/update/

Vanuit de Broncode

De connector kan ook worden geïnstalleerd in Anypoint Studio vanuit de broncode. Download daartoe de broncode van Github en importeer deze als Anypoint Connector Project. Selecteer vervolgens het project en kies in het Context menu (rechter muisklik) > Anypoint Connector > Install or Update.

Om Anypoint Connectors te kunnen bouwen is een werkende Maven installatie in Anypoint Studio benodigd. Zie ook: Using Maven in Anypoint Studio.

Voorbeelden

Na installatie van de connector plugins kunnen de voorbeelden worden geïmporteerd als Mule Project in Anypoint Studio 6.

Maven

Aan Mule applicaties die "Mavenised" zijn dient de connector als dependency te worden toegevoegd. Anypoint Studio doet dit automatisch. Handmatig kan dit worden gedaan door onderstaande dependency toe te voegen aan de pom van de Mule applicatie die de Connector gebruikt.

    
    <dependency>
        <groupId>nl.teslanet.mule.transport.coap</groupId>
        <artifactId>mule-coap-server-connector</artifactId>
        <version>1.0.1</version>
    </dependency>
    

Broncode